Geschokt ben ik door het programma van De Monitor over het blusschuim in Doetinchem. Het plot is steeds hetzelfde; de onderzoeksjournalisten ontdekken een ‘schandaal’ en pluizen het netjes uit met een hoogleraar en gesprekjes met alle betrokken, maar niet de toezichthouder. Het eindigt met een wanhopige terreineigenaar die in tranen het beeld uitloopt. “Het raakt u hè?” brengt de presentatrice uit. Mooie televisie misschien, maar het doet afbreuk aan het professionele journalistieke beeld.
De slimme journalisten van Follow the Money, die meewerkten aan het onderzoek, hebben mij ook geïnterviewd voor hun verhaal. Ik heb ze proberen uit te leggen hoe het zit met toezicht en handhaving, De Laatste Schakel. Toezicht is het stiefkindje van het bestuur. Nederland krijgt het toezicht dat we willen, ook het bestuur van Doetinchem. Dat is altijd te weinig om alle incidenten te voorkomen en meestal ook ook om fatsoenlijk je werk te doen. In onze lekendemocratie is het niet makkelijk voor bestuurders om toezicht en handhaving op waarde te schatten. De omgevingsdienst mag hierin een uitdagende rol vervullen.
Never waste a good crisis
Het zet ons toezichthouders weer op scherp. Hadden we het eerder en beter moeten zien? Achteraf is dat bijna altijd zo, zeker met zaken die nog stammen uit het verleden, toen er nog geen omgevingsdiensten waren. We doen ons best met de beperkte middelen. Maar dat is ook weer een lelijk excuus. We kunnen beter, als we eerlijk zijn. Ook al zitten we in die lastige positie van de laatste schakel van het maatschappelijk proces en zit niemand op het ‘gezeur’ van toezicht te wachten.
Toezicht kan heel complex zijn. Het inzicht in het gevaar van poly- en perfluoralkylstoffen – PFAS, er zijn er duizenden van – is vooral van de laatste jaren. Alleen in hoge concentraties is het giftig. Dat is bij het blusschuim helemaal niet het geval; er zitten wel PFAS-stoffen in, maar in kleine concentraties. Blusschuim is gewoon een soort zeepsop, water en zeep. Niettemin willen we met de nieuwste inzichten, toch van die PFAS af, ook in kleine concentraties. Daarom noemen we die stof zeer zorgwekkend. Waarom er toch zulke hoge concentraties in de bodem zitten, moet nader worden uitgezocht.
Ik heb net als alle kijkers medelijden met de eigenaar van het terrein. Maar eigenlijk ook met de inmiddels failliete ondernemer, die dapper, maar onhandig, bleek weggetrokken, tegenover de man, ook bekend van de Keuringsdienst van Waarde en oprichter van Tony Chocolonely, zijn boete moet doen. Het frame van de gemakkelijke waarheid blijkt een foute ondernemer. Maar een normaal gesprek blijkt niet mogelijk. Was hij echt zo fout? Geef die man nou wat meer respect en ruimte om zijn eerlijke verhaal te doen. Hij heeft het in zijn enthousiasme verkeerd gedaan. Ook hij heeft het gevaar van blusschuim misschien onderschat. Hij is dom en onvoorzichtig geweest. Dat hoort soms bij ondernemen en gebeurt helaas op alle niveaus. Daarom is toezicht nodig.
De ondernemer zelf is inderdaad altijd de eerste verantwoordelijke. Omgevingsdiensten zijn er voor om op tijd in te grijpen. Om te voorkomen dat bedrijven die domme fouten met grote gevolgen maken. Ik weet dat ze in de Achterhoek uitstekende toezichthouders hebben. Maar het lukt dus niet altijd om alle incidenten te voorkomen, want de praktijk is weerbarstig. Dat mag ook Groen Links in Doetinchem zich wel wat meer beseffen. Maar we zijn er wel voor opgericht. En kritiek mag best, want we leren ervan. Dat gaan we ook van deze casus doen.
En denk je Koos dat er al iemand van toezicht naar de verwerker van het blusschuim is gaan kijken waar mijnheer Tony Chocoloney even los mocht gaan met de schuimblusser. Ik heb van Teun -Chocoloney- van der Keuken geen kritische vraag gehoord wat het ‘afval-boertje’ uit Doornenburg met het blusschuim doet? En ik heb het idee dat dit afvalboertje niet bij de provincie en, of gemeente bekend waar het gaat om afvalverwerking. In het kader van de ketenverantwoordelijkheid ook goed omdat spoor na te trekken. Er zal niet zomaar een nieuw Doetinchem ontstaan maar bij de getoonde handelwijze kreeg ik niet het gevoel dat dat in de haak is.
De ODA zit er inmiddels bovenop.